Flexwerkers die als gevolg van de coronacrisis een substantieel inkomensverlies hebben geleden, kunnen naar verwachting vanaf 22 juni bij UWV een aanvraag doen voor de Tijdelijke Overbruggingsregeling voor Flexibele Arbeidskrachten (‘TOFA’).
Volgens het kabinet valt de meerderheid van de ontslagen flexwerkers terug op het vangnet van de sociale zekerheid. Voor een onbekend aantal flexwerkers biedt dit echter geen oplossing. Door bijvoorbeeld de referte-eis in de werkloosheidswet (WW) en de vermogens- en partnertoets in de bijstand is er een groep werknemers van wie weliswaar de inkomsten wegvallen, maar die geen recht heeft op een uitkering. Het gaat daarbij vooral om flexwerkers – met name oproepkrachten en uitzendkrachten – die, door hun flexibele arbeidscontract, minder beschermd zijn dan werknemers met een vast contract.
De TOFA is bedoeld als vangnet voor werknemers die vanwege de coronacrisis een forse terugval hebben in hun inkomen, geen aanspraak kunnen maken op een WW-uitkering, bijstand of een andere socialezekerheidsregeling en een tegemoetkoming nodig hebben als bijdrage in de kosten van hun levensonderhoud.
De voorwaarden voor de TOFA zijn deze week gepubliceerd in de Staatscourant. Het gaat onder meer om de volgende voorwaarden:
Wordt voldaan aan deze (cumulatieve) vereisten, dan ontvangt de werknemer een tegemoetkoming van € 1.650,- bruto. Dat is een bedrag van € 550,- per maand voor de periode van maart tot en met mei 2020.
Naar verwachting is het vanaf 22 juni 2020 tot en met 12 juli 2020 mogelijk om een aanvraag voor de TOFA te doen.
Meer informatie over deze regeling is ook te vinden op de website van het UWV: uwv.nl/tofa.