Vanwege de achterstand van het UWV bij de beoordeling van WIA-aanvragen is het in veel gevallen voor het UWV niet mogelijk om tijdig een WIA-beslissing te nemen. Daarom verstrekt het UWV doorgaans voorschotten aan de (ex-)werknemer in afwachting van de definitieve beslissing over de uitkering. In een recente zaak bij de rechtbank (ECLI:NL:RBMNE:2022:4604) speelde de vraag of het UWV de voorschotten kan verhalen op de (ex-)werkgever die eigenrisicodrager is voor de WIA. De rechtbank oordeelde dat de wet hiertoe aan het UWV geen mogelijkheid geeft.
Systematiek Wet WIA
In de situatie van eigenrisicodragerschap brengt het UWV de toegekende uitkering in rekening bij de
(ex-)werkgever. Daarvoor is vereist dat het UWV eerst (1) de uitkering toekent en daarna een beslissing neemt waarbij (2) het uitkeringsrecht van de (ex-)werknemer wordt ‘toegerekend’ aan de (ex-)werkgever als eigenrisicodrager (toerekeningsbeslissing). Pas na de toerekeningsbeslissing kan het UWV (3) bepalen dat de aan de werknemer betaalde uitkering op de eigenrisicodrager wordt verhaald (verhaalsbeschikking).
Voorschotten
In deze zaak heeft het UWV voor de toekenning van de WIA-uitkering, die tegenwoordig dus vaak te laat is, voorschotten aan de (ex-)werknemer toegekend. Vervolgens heeft het UWV deze voorschotten ook (alvast) toegerekend aan en verhaald op de eigenrisicodrager, terwijl dus het recht op de uitkering nog niet was vastgesteld. Per 1 januari 2022 is in de wet (art. 84 lid 3 WIA) opgenomen dat de voorschotten op de WIA-uitkering op de eigenrisicodrager kunnen worden verhaald. Het UWV lijkt in deze zaak hierin haar bevoegdheid tot verhaal op de werkgever gelezen te hebben.
De rechtbank oordeelde echter dat deze wet geen grondslag voor verhaal biedt. Voor het nemen van een verhaalsbeschikking (ad. 3) is er volgens de hierboven omschreven systematiek van de Wet WIA namelijk een voorafgaande toerekening nodig (ad. 2). Volgens de rechter kan de toerekeningsbeschikking pas worden genomen op het moment dat het recht op een uitkering is vastgesteld (ad. 1). Anders zou het UWV vooruitlopen op de uitkomst van bijvoorbeeld het verzekeringsgeneeskundig onderzoek dat ten grondslag ligt aan het toekennen van een uitkering. De toerekening en het verhaal van voorschotten op de eigenrisicodrager kunnen dan ook pas plaatsvinden op het moment dat de uitkering daadwerkelijk is vastgesteld. Daarom oordeelde de rechtbank dat het voor het UWV niet mogelijk was om de voorschotten op de eigenrisicodrager te verhalen.
De nieuwe bepaling in de wet lijkt dus een leemte te bevatten. Naar wij begrijpen heeft het UWV wel hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak. Het is nu afwachten wat daarvan de uitkomst wordt. Voorlopig is het voor eigenrisicodragers zaak om scherp op te letten bij verhaal door het UWV van voorschotten op de WIA-uitkering en op tijd bij het UWV te protesteren tegen dergelijk verhaal.